zondag 20 november 2011

Grote zus

Thuis komen, noem ik het altijd. Haar warme bruine ogen met spits bekkie. Snel op de kast maar ook altijd warm en lief. Een bijzonder mens maar misschien zie ik het niet helemaal objectief. Ze kan een potje breken bij mij zeg maar. Ook wel twee.. Want als ik in haar ogen kijk lijkt het gevoel nog het meest als het gevoel voor mijn kinderen. Ja hoor, we hebben weleens ruzie gehad. Maar volgens mij was het geen ruzie omdat we elkaar niet mochten, meer een ieder bezig met een strijd voor zichzelf waarin we elkaar niet begrepen.

Ze stond daar op het toneel en ik wou eigenlijk opstaan en roepen 'Dát is mijn zus! Joehoe.. Mijn zus!' Ik heb het in gedachten geroepen. Haar rol was een onzekere vrouw, gevangen in het huwelijk met een dominante hork. Een lastige rol, want het ligt niet echt dicht bij haar.. De rol veranderde in een zelfverzekerde, flirtende bloeiende vrouw. Geweldig om te zien hoe ze aan het dansen was in een jurkje die ze zelf NOOIT zou aantrekken. Flirtend met het publiek en iedereen werd op slag verliefd, op mijn zus.

Laat, erg laat in de nacht kruip ik in het bed van mijn neefje. Ik lig nog lang naar het plafond te staren want wat was het leuk, humoristisch en mooi. Voor mij was het mooiste dat ik er was, dat ik er weer bij was, bij mocht zijn, deel mocht uitmaken van.. Dat ik in haar huis was, met haar kinderen en haar man, mijn grote broer. Thuis komen. Voor het slapen gaan krijg ik nog een knuffel van haar en met een blij ontroerend gevoel stap ik in bed.

In de ochtend vloog haar dochter in mijn armen. Ze zeggen dat mevr. vuurvlieg op mij lijkt. Met stuiterende enthousiasme vliegt ze haar dag in, de vragen vliegen van links naar rechts, haar ogen glimmen gevaarlijk, klaar voor ondeugd. Ik hou er van.. Ondanks dat ik zelf een portie kloonen in huis heb, vind ik dit exemplaar erg bijzonder. Net zoals zoonlief van zus, de rust, de intelligentie, zijn sociale kant, uren kan ik naar ze kijken.

Met koffie praten we samen over toen, nu en straks. Begrip, respect en liefde. Eindelijk openheid en hoe fijn is het dat het nu eindelijk kan. Zonder wijzende vingers maar met veel gevoel. In haar ogen vind ik troost en liefde. In haar stem begrip en wijsheid. Waar zou ik zijn zonder haar, mijn grote zus.